'Bad Science' door Ben Goldacre

‘Bad Science’ door Ben Goldacre

Het overkomt me niet vaak dat ik zoveel plezier beleef aan het lezen van een non-fictieboek. Ben Goldacre heeft met ‘Bad Science’ een vermakelijk boek geschreven, waar je ook nog van alles van leert.
Hij beschrijft hoe verschillende stromingen – of vaak blijkt industrieën een betere omschrijving – hun activiteiten van een wetenschap-achtig sausje voorzien, om hun boodschap aan de man te brengen.
Hij ontmaskert mensen die zichzelf voedingsdeskundigen noemen en met wetenschappelijke titels pronken die ze niet blijken te hebben. Sommigen krijgen zendingstijd in tv-programma’s die een wetenschappelijke indruk moeten wekken (witte jas en zo), maar ze gaan al de mist in als de verkondigde werking van hun wondermiddel niet blijkt te stroken met basisprincipes van de biologie.

Goldacre voert een gepassioneerde strijd om te zorgen dat deze oplichters niet nog meer mensen vals voorlichten. Via zijn boeken en columns voorziet hij mensen van informatie en argumenten zodat ze de discussie met kwakzalvers of volgelingen daarvan kunnen aangaan.

Homeopathie is een geliefd onderwerp om onderuit te halen. Hij legt nauwkeurig uit dat systematische beoordelingen van ‘wetenschappelijke’ studies naar de werkzaamheid van homeopathie laten zien dat het niet werkt. Althans, niet beter dan een placebo. Want placebo’s werken vaak wel: daar is ook een interessant hoofdstuk aan gewijd. Hij bespreekt de tekortkomingen van vele zogenaamd wetenschappelijke studies over homeopathie. Als er bijvoorbeeld geen controlegroep was, of er is helemaal geen statistiek gedaan, is het toch apart om te concluderen dat wetenschappelijk onderzoek heeft aangetoond dat het wel werkt.

Vermakelijk is ook zijn bespreking van Brain Gym, een serie oefeningen waardoor kinderen beter zouden moeten kunnen leren. In Groot Brittannië hebben veel scholen dit in hun lesprogramma geïncorporeerd, vaak zelfs door de staat gefinancierd. Goldacre legt uit dat het niet strookt met wetenschappelijke kennis. Kinderen moeten bijvoorbeeld water drinken omdat water zuurstof vervoert in het bloed. Als ze het een tijdje in hun mond houden, zou het direct door de hersenen worden opgenomen.

Hij verwoordt met veel humor wat er allemaal mis is met deze stroming, maar tegelijkertijd is het natuurlijk helemaal niet zo grappig dat dit soort onzin op grote schaal wordt onderwezen.

Eén van zijn strategieën om zwaktes in theorieën bloot te leggen is door ze heel letterlijk te analysen. Ik geef een voorbeeld. Op de website van de Society of Homeopaths staat uitgelegd dat de typische homeopathische ‘30C’-verdunning ‘minder dan 1 deeltje per miljoen’ van de oorspronkelijke stof bevat. 30C betekent dat een drup van een stof wordt verdund in 100 druppen water. Van die verdunning wordt vervolgens weer een drup 100 keer verdund. En dat 30 keer. Dat geeft een verdunning van één deeltje per 1060 (een 1 met 60 nullen) – dat is inderdaad ‘minder dan 1 deeltje per miljoen’… Hij rekent voor wat zo’n verdunning inhoudt: stop 1 molecuul van de stof in een bol met een diameter van 150 miljoen kilometer gevuld met water…
200C of nog hogere verdunningen zijn trouwens ook te koop. Homeopaten lossen dit op door te zeggen dat de watermoleculen een geheugen hebben. Ik wil niet weten wat ze dan allemaal nog meer hebben onthouden.

Verder wijdt hij hoofdstukken aan andere vormen van kwakzalverij, de kwalijke kanten van de farmaceutische industrie (zie ook mijn recensie van zijn boek Bad Pharma), (de rol van de media bij) grote gezondheidsbangmakerijen, en waarom slimme mensen in dit soort pseudowetenschappelijke theorieën trappen.
In begrijpelijke taal en met concrete voorbeelden weet hij bovendien basisprincipes van de statistiek uit te leggen, inclusief waar het vaak mis gaat. Als je talent nooit bij statistiek heeft gelegen, is het misschien de moeite waard om het door Goldacre te laten uitleggen.

Zo zijn er allerlei zaken die hij middels dit boek en zijn columns in The Guardian aan de kaak wil stellen. Gepassioneerd maar geenszins op vervelende toon. Omdat hij zijn argumenten brengt met een flinke portie humor heb ik het niet als een opgeheven vingertje ervaren. Wel als een interessant, goed onderbouwd boek dat me veel heeft bijgebracht over allerlei gezondheidsstromingen die de indruk wekken dat ze je willen helpen, maar in werkelijkheid vooral hun eigen bankrekening willen vullen. Soms is dit onschuldig, en is de consument alleen onnodig geld kwijt, maar soms zijn de adviezen ook kwalijk.

Een aanrader!