Wetenschappers over de hele wereld proberen uit te vinden hoe je gezond oud kunt worden. Verschillende ontdekkingen, technieken en middelen doen de ronde. Maar wat werkt er nu echt?
Appels resistent maken tegen schurft en koolzaad zo beïnvloeden dat het meer olie bevat: zulke plantveredelingstechnieken zijn nu alleen in laboratoria mogelijk. Maar als we de aarde willen blijven voeden én dat duurzaam willen doen, moet de wet dan niet versoepeld?
Je kunt de nieuwste foodhype volgen of je uitsloven op een yogamat. Je kunt ook gewoon je DNA testen als je wilt weten hoe je gezond en gelukkig oud kunt worden. Dat beloven de aanbieders tenminste. Maar wat klopt ervan?
Je wilt weten of je baby iets mankeert. Steeds meer testen kunnen daar uitspraken over doen, ook al vóórdat je zwanger bent. Wat is de impact van dergelijke informatie? Voor De Correspondent sprak ik erover met Annelien Bredenoord, adjunct-hoogleraar medische ethiek.
Stel dat er in je familie een mutatie zit waardoor je een grote kans hebt om kanker te ontwikkelen. Laat je dan sowieso een genetische test doen om vast te stellen of jij ook risico loopt? Of laat je de nadelen daarvan zwaarder wegen? Maak kennis met Niels Schuddeboom, die deze keuze moest maken.
Ziekten genezen, muggen resistent maken tegen malaria, antibioticaresistentie tegengaan of varkens verkleinen tot het formaat van een poedel; het onvoorstelbare wordt voorstelbaar met de nieuwe DNA-bewerkingstechniek CRISPR. Maar moeten we dit allemaal wel willen? Ik schreef erover voor De Correspondent.